• FR
  • NL
  • EN

Moet uw vzw haar vrijwilligers verzekeren? Een juridische en praktische leidraad

Vrijwilligers zijn van onschatbare waarde voor het maatschappelijke weefsel, maar hun inzet brengt ook risico’s met zich mee. De Belgische wetgeving voorziet dan ook in duidelijke regels over de verzekering van vrijwilligers. In dit artikel lichten we toe welke verplichtingen een vzw heeft, welke verzekeringen aanbevolen zijn, en welke uitzonderingen bestaan.


1. Wettelijke verplichting tot verzekering van de burgerlijke aansprakelijkheid

De wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers verplicht organisaties om minstens een verzekering af te sluiten voor de extracontractuele burgerlijke aansprakelijkheid van hun vrijwilligers¹. Deze verplichting geldt voor:

  • alle vzw’s;
  • feitelijke verenigingen met personeel;
  • andere rechtspersonen zonder winstoogmerk.

Uitzondering: Feitelijke verenigingen zonder personeel en die geen deel uitmaken van een overkoepelende structuur zijn vrijgesteld van deze verplichting.

Let op: indien de vzw behoort tot een erkende koepelorganisatie, is het mogelijk dat de vrijwilligers onder de collectieve polis van de koepel verzekerd zijn. In dat geval is het cruciaal om te controleren of alle activiteiten gedekt zijn.


2. Wat wordt (niet) gedekt door de verplichte verzekering?

  • Gedekt: schade aan derden veroorzaakt door de vrijwilliger tijdens zijn opdracht.
  • Niet gedekt:
    • schade die de vrijwilliger aan zichzelf berokkent;
    • strafrechtelijke aansprakelijkheid;
    • opzettelijke, zware of herhaaldelijke fouten².

Voor feitelijke verenigingen zonder verplichte verzekering is het aangewezen dat de vrijwilliger zelf beschikt over een familiale verzekering. Sinds de wetswijziging mogen deze familiale verzekeringen geen uitsluiting meer bevatten voor schade veroorzaakt tijdens vrijwilligerswerk.


3. Aanvullende (optionele) verzekeringen: sterk aanbevolen

Hoewel de verzekering BA verplicht is, doet uw vzw er goed aan om bijkomende polissen te overwegen:

  • Ongevallenverzekering: dekt lichamelijke schade aan de vrijwilliger zelf bij een ongeval tijdens de activiteiten.
  • Materiële schade: dekt schade aan persoonlijke goederen van vrijwilligers (bijv. laptop, smartphone).
  • Beroepsziekten en infecties: vooral relevant voor vrijwilligers in de zorg- of welzijnssector.
  • Rechtsbijstand: juridische bijstand bij geschillen tussen de vrijwilliger en derden of met de organisatie.

In het Vlaamse decreet over vrijwilligerswerk is deze bijkomende dekking verplicht voor organisaties actief in welzijn, gezondheid en gezin³.


4. Bestuurdersaansprakelijkheid en extra bescherming

Bestuurders in een vzw zijn vaak zelf vrijwilligers, maar blijven aansprakelijk voor fouten in hun bestuursmandaat. Het is dus aangewezen om ook een verzekering bestuurdersaansprakelijkheid af te sluiten, zodat hun persoonlijke vermogen beschermd is.

Wanneer vrijwilligers hun eigen wagen gebruiken voor verplaatsingen in opdracht van de vzw, kan een aanvullende omniumverzekering nuttig zijn. Deze biedt dekking bovenop de klassieke BA-autoverzekering van de vrijwilliger.


5. Gratis verzekeringen in Vlaanderen en Wallonië

Zowel in Vlaanderen als Wallonië bestaan gratis verzekeringssystemen gesubsidieerd door de overheid en de Nationale Loterij:

  • In Wallonië en Brussel (COCOF): de verzekering dekt burgerlijke aansprakelijkheid, lichamelijke schade en rechtsbijstand voor 200 vrijwilligersdagen per jaar per vereniging.
  • In Vlaanderen: sinds 2018 kunnen organisaties een gratis vrijwilligersverzekering aanvragen die dezelfde drie risico’s dekt.


6. Transparantie en communicatie: de sleutel tot een veilig vrijwilligersbeleid

Elke organisatie die met vrijwilligers werkt, moet duidelijke afspraken maken en communiceren over de verzekeringsdekking. Vrijwilligers moeten weten:

  • of en hoe ze verzekerd zijn;
  • welke risico’s wel en niet gedekt zijn;
  • wat ze zelf kunnen of moeten voorzien.


Conclusie

Elke vzw die met vrijwilligers werkt, is wettelijk verplicht minstens een verzekering voor burgerlijke aansprakelijkheid te voorzien. De bescherming van vrijwilligers stopt daar echter niet. Aanvullende verzekeringen – zoals ongevallen, materiële schade of rechtsbijstand – bieden een broodnodige bescherming in een wereld waar juridische risico’s reëel zijn. Transparante communicatie en een doordacht verzekeringsbeleid versterken het vertrouwen tussen vzw en vrijwilliger, en dragen bij tot een duurzaam engagement.


Bronnen

  1. Wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers, BS 29.08.2005.
  2. Artikel 1382 e.v. BW; zie ook parlementaire vraag nr. 1403 du 2.06.2022 (CRIV 55 COM 149).
  3. Decreet van 1 december 2017 betreffende het vrijwilligerswerk in de Vlaamse Gemeenschap, BS 08.12.2017.

Mots clés

Articles recommandés

Verplichte elektronische facturatie vanaf 2026: geldt dit ook voor uw vzw?

De dubbele liquiditeits- en solvabiliteitstest: een nieuwe reflex voor de BV

Mag u een vrijwilliger in uw vzw beter vergoeden? Wat wettelijk wél en niet kan