Jarenlang stond België bekend als een van de weinige Europese landen waar particuliere beleggers in cryptomunten geen belasting hoefden te betalen op hun meerwaarden – zolang deze kadert in het “normaal beheer van het privévermogen”.
Maar dat fiscaal gunstregime behoort weldra tot het verleden. Het federale regeerakkoord 2025–2026 van de “Arizona”-coalitie kondigt niet alleen een belasting op meerwaarden aan, maar ook het einde van de anonieme cryptoportefeuilles, dankzij nieuwe Belgische en Europese verplichtingen.
De fiscale behandeling van cryptomunten ondergaat een ware transformatie. Tijd om alles op een rij te zetten.
Vandaag hanteert de fiscus een driedeling:
Een particulier die voorzichtig belegt – met lange houdtermijnen, beperkte transacties, en een bescheiden crypto-aandeel in zijn vermogen – is volledig vrijgesteld van belasting op meerwaarden.
Wie intensief handelt, grote risico’s neemt of werkt met geleend geld, valt al snel onder het regime van diverse inkomsten. Dat betekent een belasting van 33% op de gerealiseerde meerwaarde.
Beleggers die crypto op een georganiseerde manier verhandelen, minen, staken of platformen beheren, worden als zelfstandige beschouwd. Hun winsten worden belast via de progressieve tarieven van de personenbelasting, tot 50%.
En wat met passieve inkomsten zoals staking of airdrops?
Die worden meestal beschouwd als roerende inkomsten en dus belast aan het standaardtarief van 30% (roerende voorheffing), tenzij ze worden herkwalificeerd als beroeps- of diverse inkomsten.
De nieuwe regering maakt komaf met de automatische vrijstelling voor meerwaarden bij normaal vermogensbeheer. Ze introduceert een “solidariteitsbijdrage” op meerwaarden uit financiële activa, waaronder cryptomunten.
De voornaamste kenmerken:
Dat betekent concreet: ook wie cryptomunten netjes bijhoudt gedurende jaren en slechts occasioneel verkoopt, zal voortaan belasting betalen.
Twee belangrijke ontwikkelingen betekenen het einde van het fiscale crypto-anonimiteit:
Particulieren zullen hun crypto-accounts moeten melden bij het Centraal Aanspreekpunt (CAP) van de Nationale Bank van België – net zoals bankrekeningen vandaag.
Deze verplicht cryptoplatformen om automatisch gegevens door te geven aan de belastingdiensten:
De Belgische fiscus zal sneller toegang krijgen tot deze gegevens, zelfs op basis van een “redelijk vermoeden van fiscale fraude”. Big Brother kijkt voortaan ook naar je wallets.
Julie, een Belgische particulier, koopt in 2022 voor 12.000 euro aan bitcoin. In januari 2026 verkoopt ze die voor 20.000 euro. Ze handelde niet actief en haar crypto-investering bleef beperkt tot 10% van haar vermogen.
Oude regeling (voor 2025): geen belasting verschuldigd.
Nieuwe regeling (vanaf 2025):
Daarnaast ontvangt Julie 1.000 euro staking-beloningen op Ethereum via een gecentraliseerd platform → 30% roerende voorheffing = 300 euro belasting
Julie moet ook haar cryptorekening aangeven bij het CAP en haar platform zal automatisch haar gegevens doorgeven.
Situatie of inkomenscategorie | Tot 2024 | Vanaf 2025/2026 |
---|---|---|
Meerwaarden bij normaal beheer | Vrijgesteld | Belast aan 5–10% (franchise 6.000 euro) |
Speculatieve meerwaarden (trading) | 33% diverse inkomsten | Ongewijzigd |
Beroepsmatig cryptogebruik (mining, NFT, etc.) | PB-tarieven tot 50% | Ongewijzigd |
Staking, airdrops, DeFi-rentes | 30% roerende voorheffing | Ongewijzigd |
Verliezen (minwaarden) | Niet aftrekbaar | Aftrekbaar in het jaar zelf |
Aangifte cryptorekeningen | Niet verplicht | Verplicht via CAP (NBB) |
Automatische gegevensuitwisseling | Niet voorzien | Ja, via DAC 8 vanaf 2026 |
De Belgische crypto-investeerder moet zich opmaken voor een nieuw fiscaal landschap. De tijd van volledige vrijstelling voor particuliere meerwaarden is voorbij. De solidariteitsbijdrage van 5 tot 10% komt eraan, en met DAC 8 in zicht, wordt anoniem beleggen quasi onmogelijk.
Beleggers doen er goed aan om:
Compliance wordt de sleutel tot fiscale gemoedsrust in het tijdperk van DAC 8.