• FR
  • NL
  • EN

Nieuw staatssteunkader maakt steun voor schone industrie mogelijk

De Europese Commissie heeft op 25 juni 2025 een nieuw staatssteunkader ter ondersteuning van de Clean Industrial Deal vastgesteld. Met het Cisaf kunnen de lidstaten een impuls geven aan de ontwikkeling van schone energie en schone technologie en het koolstofvrij maken van de industrie.

Als Europa het voortouw wil nemen op het gebied van schone technologie, moeten we durf aan de dag leggen en duidelijk zijn. Het nieuwe kader vereenvoudigt en versnelt de steun voor decarbonisatie, maar gaat verder: het erkent de staat als een strategische investeerder in onze toekomst. Het is een instrument om de klimaatambitie te stimuleren, de veerkracht van Europa te versterken en het mondiale concurrentievermogen van onze industrie te vrijwaren. Tegelijkertijd verdedigen we de integriteit van onze eengemaakte markt, voorkomen we verstoringen en maken we onze energiesystemen stabieler, betaalbaarder en eerlijker.

Teresa Ribera, uitvoerend vicevoorzitter voor een Schone, Rechtvaardige en Concurrerende Transitie

In het Cisaf wordt vastgesteld onder welke voorwaarden de lidstaten in overeenstemming met de EU-staatssteunregels steun kunnen verlenen voor bepaalde investeringen en doelstellingen. De Commissie zal in het kader van het Cisaf steunregelingen goedkeuren die de lidstaten invoeren om een schone industrie te stimuleren. Individuele steun zal dus snel kunnen worden toegekend.

Het Cisaf is van kracht tot 31 december 2030 en biedt de lidstaten en het bedrijfsleven dus voorspelbaarheid op lange termijn. Het Cisaf komt in de plaats van het tijdelijke crisis- en transitiekader, dat in 2022 is ingevoerd.

Vereenvouding

Het steunkader vereenvoudigt de staatssteunregels op vijf belangrijke gebieden:

  1. de uitrol van hernieuwbare energie en koolstofarme brandstoffen;
  2. tijdelijke verlaging van de elektriciteitsprijzen voor energie-intensieve gebruikers om de overgang naar goedkope schone elektriciteit te waarborgen;
  3. het koolstofvrij maken van bestaande productiefaciliteiten;
  4. de ontwikkeling van productiecapaciteit voor schone technologie in de EU, en
  5. het verminderen van de risico's bij investeringen in schone energie, decarbonisatie, schone technologie, energie-infrastructuurprojecten en projecten ter ondersteuning van de circulaire economie.

In concreto

Het kader voorziet in het volgende:

  • Een “versnelde procedure” voor de uitrol van schone energie. Binnen het kader kan steun worden verleend voor zowel hernieuwbare energie als koolstofarme brandstoffen. Hernieuwbare energie is van essentieel belang om de decarbonisatiedoelstellingen van de Clean Industrial Deal te halen. Het Cisaf voert vereenvoudigde procedures in om de snelle uitrol van regelingen voor hernieuwbare energie mogelijk te maken. Koolstofarme brandstoffen, zoals blauwe en groene waterstof, spelen ook een belangrijke rol bij het terugdringen van de uitstoot. Ze ondersteunen de transitie voor bedrijven in sectoren waar decarbonisatie moeilijk is en waar energie- of kostenefficiëntere opties nog niet haalbaar zijn.
  • Dankzij nieuwe regels over flexibiliteitsmaatregelen en capaciteitsmechanismen krijgen de lidstaten extra instrumenten om intermitterende hernieuwbare energiebronnen (wind- en zonne-energie) in de energievoorziening te integreren en tegelijkertijd de elektriciteitsvoorziening voor de consument betrouwbaar te houden. Volgens de in het Cisaf beschreven “doelmodellen” voor capaciteitsmechanismen betalen de lidstaten de elektriciteitsleveranciers om stand-bycapaciteit aan te houden. Dit kan in aanmerking komen voor goedkeuring met de versnelde procedure. Andere ontwerpen zullen worden beoordeeld aan de hand van de richtsnoeren voor staatssteun voor klimaat, milieubescherming en energie.
  • Steun voor elektriciteitskosten van energie-intensieve gebruikers. De lidstaten kunnen dit soort prijssteun verlenen aan ondernemingen in sectoren die erg afhankelijk zijn van de internationale handel en voor hun productie sterk zijn aangewezen op elektriciteit (energie-intensieve gebruikers). Met deze steun kunnen de lidstaten de elektriciteitskosten verlagen voor energie-intensieve gebruikers die hogere kosten moeten dragen dan hun concurrenten in regio's met een minder ambitieus klimaatbeleid. Als tegenprestatie voor de prijssteun moeten deze ondernemingen investeren in decarbonisatie.
  • Flexibele steun voor investeringen in alle technologieën die leiden tot decarbonisatie of meer energie-efficiëntie.

Via het kader kan steun worden verleend voor een groot aantal decarbonisatietechnologieën, zoals elektrificatie, waterstof, biomassa en koolstofafvang, -gebruik en -opslag.

De steun kan worden verleend op basis van:

  1. vooraf vastgestelde steunbedragen (voor steun tot 200 miljoen EUR);
  2. de financieringskloof, of
  3. een concurrerende biedprocedure.
  • Steun voor de productie van schone technologie. De lidstaten kunnen dankzij het Cisaf steun verlenen voor investeringen in nieuwe productiecapaciteit voor:
  1. alle productieprojecten op het gebied van technologieën die onder de verordening voor een nettonulindustrie vallen (in de vorm van regelingen), en
  2. productieprojecten op het gebied van nettonultechnologieën, wanneer dat nodig is om te voorkomen dat dergelijke investeringen worden verlegd naar buiten Europa (op individuele basis).

Het kader maakt ook steun mogelijk voor de productie en verwerking van kritieke grondstoffen die nodig zijn voor schone technologieën.

In het belang van de cohesie tussen de verschillende regio's in Europa zullen de lidstaten meer steun kunnen verlenen aan projecten in minder begunstigde regio's, die worden afgebakend in regionalesteunkaarten.

De lidstaten kunnen aan de hand van het kader de vraag naar schonetechnologieproducten stimuleren door fiscale stimulansen ter beschikking stellen, zodat ondernemingen bijvoorbeeld de kosten van hun investeringen in schone technologie sneller kunnen aftrekken van hun belastbare inkomsten.

  • Maatregelen om particuliere investeringen in projecten ter ondersteuning van de Clean Industrial Deal minder risicovol te maken.

Publieke en particuliere investeringen moeten hand in hand gaan om de transitie naar een koolstofvrije economie te stimuleren. De lidstaten kunnen maatregelen nemen om particuliere investeringen in projecten die onder het kader vallen, onder meer op het vlak van energie-infrastructuur en circulaire economie, minder risicovol te maken. De steun kan worden verleend in de vorm van eigen vermogen, leningen en/of garanties voor een specifiek fonds of special purpose vehicle dat de portefeuille van in aanmerking komende projecten zal aanhouden.

Achtergrond

De staatssteunregels van de EU moeten voorkomen dat overheidssteun ondernemingen een verstorend voordeel geeft ten opzichte van hun concurrenten.

Andere staatssteunregels die relevant zijn voor de Clean Industrial Deal (namelijk de richtsnoeren voor staatssteun voor klimaat, milieubescherming en energie) blijven van toepassing en kunnen door de lidstaten worden gebruikt voor andere, complexere maatregelen. De lidstaten kunnen ook staatssteunmaatregelen op dit gebied blijven uitvoeren in het kader van de algemene groepsvrijstellingsverordening, zonder dat zij deze bij de Commissie hoeven aan te melden.

De Commissie heeft de lidstaten en belanghebbenden geraadpleegd over de ontwerpversie van het staatssteunkader. Daaraan voorafgaand konden de lidstaten zich in een enquête uitspreken over het gebruik van het tijdelijke crisis- en transitiekader. De Commissie heeft bij het opstellen van de definitieve versie van het kader rekening gehouden met alle bijdragen.

Meer informatie over de raadpleging en de bijdragen is online te vinden.

Meer informatie

Clean Industrial Deal

Tijdelijk crisis- en transitiekader

Verordening voor een nettonulindustrie

Richtsnoeren voor staatssteun voor klimaat, milieubescherming en energie

Algemene groepsvrijstellingsverordening

Mots clés

Articles recommandés

Bezwaartermijn van archieven (2)

Nieuwe regels voor de invoer van culturele goederen

Belgische kmo’s stralen optimisme: nooit eerder zoveel bedrijven plannen personeel uit te breiden sinds 2021