BTW 2025 : Belangrijke veranderingen die je niet mag missen

Het indienen van een tijdige btw-aangifte wordt steeds belangrijker. In het verleden werd de verjaringstermijn bij een laattijdige aangifte al verlengd van drie naar vier jaar. Bovendien zal blijken dat verschillende administratieve toleranties werden afgeschaft en dat een laattijdige aangifte tot gevolg kan hebben dat de fiscus zelf een zogenaamde vervangende aangifte oplegt.

Vorig jaar vernam u al dat de zogenaamde ‘btw-ketting’ hervormd zal worden en die regels treden dit jaar in werking. Hieronder leest u over welke veranderingen er zijn en wanneer deze inwerkingtreden. Dit artikel focust zich op de meest ingrijpende wijzigingen.

Nieuwe aangifte - en belastingstermijnen

Voor kwartaalaangevers wordt de termijn voor het indienen en betalen van de btw-aangifte verlengd tot de 25^e van de maand na het aangiftetijdvak. Zo moet de btw-aangifte over het vierde kwartaal van 2024 uiterlijk op 25 januari 2025 worden ingediend. Voor maandaangevers blijft de deadline ongewijzigd op de 20^e van de maand.

Ook de aangiftetermijn voor de intracommunautaire opgave en bijzondere btw-aangifte wordt verlengd naar de 25^e .

Belangrijk: De termijn wordt niet meer automatisch verlengd tot de volgende werkdag als de laatste dag op een zaterdag, zondag of feestdag valt. De FOD Financiën publiceerde de btw-kalender, inclusief de schrapping van deze tolerantie. Er geldt wel een overgangsperiode met tolerantie tot 1 mei 2025.

Nieuwe boeteschalen

Enkele boeteschalen in KB nr. 41 en 44 zijn aangepast. Een van de opvallende aanpassingen betreft de verlaging van de boete van 15% bij laattijdige of niet-betaling van de btw:

• Tijdige aangifte maar laattijdige betaling: 5%
• Laattijdige aangifte: 10% – na ontvangst van een voorstel van vervangende aangifte diende de btw-plichtige alsnog een aangifte in
• Definitief vervangende aangifte: 15%

In het verleden hanteerde de fiscus een tolerantie bij het opleggen van boetes in geval van laattijdige aangifte. Wanneer de aangifte laattijdig, maar uiterlijk op de tiende dag van de maand volgend op de maand waarin de aangifte moest worden ingediend, alsnog werd ingediend, werd geen boete opgelegd. Ook deze tolerantie wordt volledig afgeschaft. Een laattijdige aangifte zal voortaan steeds worden bestraft.

Wettelijke antwoordtermijn voor VOI

Vanaf 1 januari 2025 geldt een wettelijke antwoordtermijn van één maand op de vraag om inlichtingen (te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de verzending). Deze termijn gold reeds lange tijd bij de controle van de directe belastingen.

De antwoordtermijn kan enkel worden verkort naar tien dagen wanneer de rechten van de Schatkist in het gevaar zijn of wanneer de vragen betrekking hebben op de controle van een teruggaaf.

De nieuwe "vervangende aangifte"

Als een btw-plichtige nalaat zijn aangifte in te dienen, kan de fiscus vanaf 1 januari 2025 een voorstel van vervangende aangifte sturen nadat een termijn van drie maanden vanaf het aangiftetijdvak verstreken is. De btw-plichtige krijgt dan een kennisgeving van voorstel tot vervangende aangifte. Die heeft vervolgens één maand de tijd om alsnog zijn aangifte in te dienen. Doet die dat niet dan wordt de vervangende aangifte definitief.

Bijvoorbeeld: De btw-plichtige dient haar btw-aangifte voor het eerste kwartaal van 2025 niet in uiterlijk op 25 april 2025. In dat geval kan de fiscus vanaf 1 juli 2025 een voorstel van vervangende aangifte naar de btw-plichtige sturen. De btw-plichtige krijgt vervolgens een termijn van één maand om alsnog de (laattijdige) btw-aangifte in te dienen. Als er binnen deze termijn opnieuw geen aangifte wordt ingediend, kan de fiscus overgaan tot het opstellen van een definitieve vervangende aangifte.

Die vervangende aangifte zal een btw-schuld vermelden gelijk aan het hoogst verschuldigde bedrag in de twaalf maanden voorafgaand aan het aangiftetijdvak met een minimum van 2.100 EUR. Er zal geen aftrekbare btw opgenomen worden.

Deze definitieve vervangende aangifte kan dan enkel nog met een bezwaarschrift of een vordering in rechte worden betwist. In btw-wetgeving was niet voorzien in een specifieke wettelijke grondslag voor de bezwaarprocedure. Voor een bezwaarschrift tegen een definitief vervangende aangifte is in KB nr. 1 thans wel een wettelijke grondslag opgenomen onder artikel 17bis.

Op 1 mei 2025 zal de btw-rekening-courant. vervangen door de Provisierekening

De btw-R/C zoals die vanaf de invoering van de BTW-wetgeving bestaat, verdwijnt en wordt vervangen door de zogenaamde Provisierekening. Deze Provisierekening zal enkel de tegoeden van de btw-plichtige vermelden, terwijl de btw-schulden opgenomen zullen worden in de applicatie FIRST (Federal Integrated Recovery System and Taks-refund).

Op de Provisierekening zullen volgende bedragen worden ingeschreven:

• Tegoeden die blijken uit de btw-aangifte en waarvan de terugbetaling niet werd verzocht in die aangifte en waarvan de fiscus de inschrijving niet heeft geweigerd;
• Tegoeden waarvan wel de terugbetaling werd verzocht maar waarbij niet aan de voorwaarden is voldaan;
• De betalingen die de btw-plichtige zelf op de rekening stort als provisie voor toekomstige btw-schulden.

De btw-plichtige zal op elk tijdstip de provisies op de rekening kunnen raadplegen. Beschikbare provisies kunnen worden aangewend om een schuld te vereffenen, ook voor andere schulden dan btw-schulden, of de teruggaaf ervan kan worden gevraagd. Ook de fiscus zal de bedragen op de Provisierekening kunnen aanwenden voor de betaling van btw-schulden en in enkele uitzonderlijke gevallen ook voor andere schulden.

De inschrijvingen op de Provisierekening zullen worden uitgevoerd uiterlijk op het einde van de tweede (maandaangifte) of de derde maand (kwartaalaangifte) die volgt op het aangiftetijdvak. Omdat deze tegoeden vrij beschikbaar zijn voor de btw-plichtige, zal de fiscus vooraf aan de inschrijving het tegoed kunnen controleren.

De Provisierekening zal worden in werking treden op 1 mei 2025. Tot die datum zal de btw-rekening-courant toegankelijk blijven en op tijdstip van de inwerkingtreding zal een eventueel tegoed automatisch worden ingeschreven op de Provisierekening.

De Wetgever heeft aan de Koning de bevoegdheid gegeven om de verdere regels uit te werken in een nieuw KB nr. 24. Dit KB is tot op vandaag nog niet gepubliceerd.

Strengere voorwaarden voor het verkrijgen van een btw-teruggaaf

De teruggaaf is beperkt tot het bedrag dat uit de aangifte blijkt. Er zal een afzonderlijke procedure worden voorzien voor de teruggaaf van een tegoed van vorige aangiften die ingeschreven werden op de Provisierekening.

De terugbetaling zal vervolgens worden uitgevoerd uiterlijk op het einde van de tweede (maandaangifte) of de derde maand (kwartaalaangifte) die volgt op het aangiftetijdvak.